Kolyma Kennels

Slechts 3 uur heeft de rode zon als een gigantisch wagenwiel over de horizon gerold doch lijkt gehaast weer weg te duiken, op zoek naar herbergzamere streken op aarde.

De hemel is bloedrood gekleurd met vegen lila en geel. Het land is wit. Hier en daar een lange schaduw van de spaarzame bomen. Vingers op de sneeuw. Laag komt de wind vanuit het noordoosten over de Chuckchi zee, flarden sneeuw voor zich uit jagend. Niets is er wat hem tegen houdt voordat hij dat dorpje raakt, aan de Beringstraat. Shismaref. November 1963. Een november zoals alle novembers. Winters zoals alle winters.

Jim Siukpuk, diep in zijn parka weggedoken, ruimt zijn slee op. Verzamelt harnassen. Sleept de stijfbevroren buit de hut in. Buit van zijn trapperstrail. Zijn bewegingen zijn langzaam. Passen in het beeld wat hij oproept: tijdeloosheid. Zijn honden liggen opgekruld, in of op hun hok te slapen. Er is hard gewerkt die dag. Net gevoerd, rust verdiend.

Zelden zal in deze laatste jaren een Siberian Husky zo dicht bij zijn land van oorsprong geweest zijn. Kamchatka schiereiland - de Anadyr en Kolyma rivieren - er is immers niet meer dan een oversteek voor nodig?

Zijn pluchecoat zou niet adequaat genoeg zijn? Hij knippert met zijn ene blauwe oog naar de wereld om hem heen, trekt zijn staart over zijn hoofd en slaapt.

Zijn moeder Sinyaya Troika. Zijn vader: Blizzard. Het verhaal van een sleehond zoals er velen te vertellen zijn. Of misschien ook niet.

Wat maakt toch dat er over sommige honden geschreven wordt? Er zijn legendarische honden geweest, ze zijn er nog. Hun verhalen gaan van mond tot mond, hun naam laat vaak een stilte achter in de ruimte waarin hij valt. Togo, Nellie, Nicolai, Alladin.

Sommigen van deze verhalen zijn reeds 60 jaar oud, sommigen nog maar net begonnen.

Doch zo'n verhaal krijgt u dit Kerstnummer niet van me. Dit is een ander verhaal. Het verhaal van een hond die trails gelopen heeft op twee continenten.  Een hond die een glimlach brengt op al die gezichten van al die mensen die in zijn nu 12-jarig bestaan achter hem op de slee hebben gestaan. In die 12 jaar is hij in vijf verschillende talen toegesproken. Hij verstaat ze allen. En heeft ons in al deze talen opgewekt aan zijn laars gelapt. Hij kan glimlachen, hij kan scheel kijken. Het laatste woord heeft hij áltijd. Dat laatste woord kan er oorverdovend hard uitkomen, maar hij kan het ook fluisteren. Wat zeg ik, fluisteren? Hij zegt  het zo geluidloos als het hier op papier staat “Oeoeocoeoeoeoe.”

In de eerste alinea heb ik hem voor u gevangen in zijn derde levensjaar. Uitgefarmed was hij toen en daar werd hij ‘trapper.’ Of hij dáár ook geleerd heeft dat rechtsaf slaan (GEE) zoveel leuker zou zijn dan HAW? Niemand weet het, maar wat heeft het menigeen na Jim Siukpuk een problemen gegeven. Zonder tegenbericht “GEE... zodoende!”

Uitlijnen kón ie. Kan hij nog. Eén van de dingen die maakten dat je zo allermachtig veel aan hem had. Vooral als je net met mushen begon.

Enthousiasme had hij te over. Zoals hij dansen kon, voorop, en toch die centrale lijn wist strak te houden; een artiest!

Er zijn honden die door hun temperament en vaak door het ras waartoe zij behoren, niet of slechts met grote moeite in een andere omgeving overgeplaatst kunnen worden, een andere baas kunnen accepteren.

Zo niet onze held.

Verandering van omgeving was voor hem een bron van inspiratie, een feest, een leven wat telkens opnieuw begon. Vooral naarmate hij ouder werd deogn deze veranderingen hem een wereld van goed.

Hij werd er zichtbaar vitaler door, zichtbaar opgewekter en toen hij dan ook niet meer mee kon in het trainingsprogramma van de andere honden hebben we altijd zoveel mogelijk geprobeerd hem deze mentale injecties te geven. Edoch, om de draad van het verhaal weer op te pakken, na twee jaar trappersleven kwam hij terug op zijn geboortefarm, toen nog in Anchorage. Daar werd hij regelmatig getrained en af en toe uitgeleend aan een juniormusher waarmee hij vrolijk rond rommelde op de trails van de c-klas.

In februari van dat seizoen verrichtte hij zijn enige respectabele wapenfeit in de Alaskaanse racerij, hij liep in swing (direct achter de leidershond) mee in het negenhondenteam dat kampioen werd in de junior klas.

Vergist u niet: 2 dagen, 20 km per dag.

Vijf jaar is hij dan. In de bloei van zijn leven.‘Ik heb wel een hond voor je die je in lead kunt gebruiken Lew. Hij zal je goed op weg kunnen helpen. Kijk uit voor z'n Gee!’ Een opmerking die hem maakte tot eerste leader van ons

Niet alleen werd hij ‘leider’ van het team, ook in de kennel nam hij het heft in handen. Als een gentleman. Er is geen gevecht aan te pas gekomen, en ook op latere leeftijd wist hij zijn positie tactvol te handhaven.

Hij wist alles. Wij niets. Probleem was: hij wist dat. Hij wist ook dat wij dat wisten. Wij wisten dat hij dat wist... etc.

Menig boom is in die tijd geraakt (...door trainingskar en musher). Menig buil opgelopen, menig niet gewenste rechterbocht toch genomen. Het kon gebeuren dat ik hem alleen met het team aan zag komen.

Al spoedig echter kon ik aan zijn gezichtsuitdrukking in de verte reeds zien: ‘Heb hem nog bij me hoor, maak je geen zorgen, hij hangt aan de noodlijn. Het gaat wél wat ongemakkelijker zo.’

We hebben er héél wat woorden bijgeleerd in die dagen! Wat moet je, met zo'n kwiebus voorop? Zo'n clown die élke trail, wáár ook gelopen, na één keer op zijn duimpje kent?

En nooit meer vergeet? Een grote mond heeft bovendien? Juist, je laat hier en daar een schandalig woord geboren worden, en verder lach je maar en geef je je over het algemeen gewonnen.

Zoals de strandtraining. Destijds door ons onmisbaar geacht. Zee was, in principe, ‘eng.’ Doch niet zó 'eng' om gauw door te hebben dat hoe dichter je erbij kroop, hoe gemakkelijker het liep. Van lieverlee bleek trouwens dat de zee in het geheel niet eng was. Integendeel dat was lekker koel aan de poten. Aan de buik ook trouwens!

Met het team van toen hadden we  óók op een zwemwedstrijd in kunnen schrijven. Onze leider sleepte het hele husje desnoods door muien! Reeds bij de tweede keer sprintte hij recht op de branding in, sloeg per vergissing links af en plonste de hele training tot aan de ellebogen door het zilte nat.

Tijdens zijn eerste Europese wapenfeit liet hij een diepe indruk na. Hield keurig de centrale lijn strak wat het inspannen van de rest van het teampje een peuleschil maakte. Wel af en toe gauw even komen kijken of het al opschoot daarachter en wie er verder nog meegingen, maar  snel weer naar voren om de boel uitgelijnd te houden.

Braaf draaide hij de voorgeschreven twee rondjes die de totale wedstrijd (6 km) vormden, zodoende de eerste Hollandse sleehonden zege verzilverend. Malchek, de eerste ‘voorloper’ die ook inderdaad vooruit liep, het leuk vond ook en zowaar naar rechts(!) en af en toe links ging als je hem dat vroeg. Een ‘born leader’ dát was het!

Toch maakte hij zich ineens helemaal wáár, konden we ineens de échte sleehond in hem herkennen, daar op die Axalp.

Opnieuw sneeuwstormen, opnieuw barre omstandigheden, bittere kou. Een toestand, haast arctisch aandoend. Zelden hebben we zoveel sneeuw zien vallen. Het bleek ook inderdaad niet normaal en de electriciteits verbindingen van het hotel begaven het onder de zware sneeuwlast. De weg naar boven ingesneeuwd.

Onder aan de bergweg een noodagregaat, door dorpelingen daar achtergelaten in hun mislukte poging het hotel te bereiken. Besloten wordt een team van negen honden in te spannen om dit agregaat op te halen. En natuurlijk, welhaast vanzelfsprekend, wordt Malcheck in lead gezet. Toen echter was hij geen clown meer, geen grote mond, geen bravour. Toen moest er maar één het echt weten, in het donker, alleen voorop, en dat was hij. Zijn mushers konden hem niet eens meer ontwaren. Trailsense heet wat hij heeft, en wat vele mushers onder nog veel moeilijker omstandigheden behouden heeft thuis gebracht.  Een eigenschap die levens heeft gered, gebrek eraan levens gekost. Zijn trailsense, die de mushers van Axalp behouden beneden bracht, en behouden weer terug deed keren na een uren durende expeditie.

Toen wás hij pas écht de held, toen was hij inderdaad een leader.

Menig trail heeft hij sindsdien nog gelopen. In Nederland, Zwitserland , Italië, Duitsland. In de Sauerlandrace, waar hij niet meer in het eerste team meeliep, was hij wél de enige hond die met naam en al in de krant kwam.  Vanwege zijn trappersverleden natuurlijk. Want dat doet het goed in de pers, dat begrijpt u.  

Eerlijk gezegd hadden we hem daarvoor ook meegenomen. TV mensen willen nl. altijd  opnamen vanuit de slee, waar geen enkele musher zijn wedstrijdteam graag voor beschikbaar wil stellen. Maar het teampje, samengesteld uit de verzamelde reservehonden, kon hij uiteraard prachtig aanvoeren.

Vanaf zijn 10 jaar is hij voorgoed bij ons teruggekomen om de laatste jaren van zijn turbulente, afwisselende en kleurrijke leven opgewekt en rustig uit te dobberen.

Een hond als een kaars. Maar dan wel een hele dikke. Een kaars wiens vlammetje weerkaatst heeft in vele ogen.  Een hond wiens leven geweest is als een kleurige draad die loopt vanaf de Beringstraat via Anchorage naar Nederland en kris kras door Europa.

“That crazy Malchek…” heet hij in Shismaref

“Happy-go-lucky Malchek”… in Anchorage

“Malchecco” is hij voor zijn Italiaanse fans

“Ah... der Maaalchek”… in Latrop en Winterberg.

Voor ons ?

Een glimlach, een knipoog. Maar heel vaak :  “Verdorie Malchek… come HAW”

Zijn rechtmatige eigenaar zijn wij. Kolyma Kennels. Doch dit slechts op papier, want Malchek’s ziel behoort alleen hemzelf toe. Want ook hij is in wezen van niemand.

Ook hij is nl. een Siberian Husky.  Een sleehond als zovelen…

Of misschien toch niet?

Verhaal Van Een Sleehond


door Els O.van Lierop


Uit: Kerstnummer 1972 Hondewereld

Copyright © 2015 Els O. van Lierop. Website by Labyrinthos.

Malchek

Alaskans Malchek of Anadyr. AKC WA944602. NHSB 433511.

Geboren 1960. Overleden 1972.

HD Onderzoek Siberian Huskies in Nederland (Utrecht 05-08-69).

Tatouagenummer: natuurlijk nr.01.

Vader: Blizard.

Moeder: Sinyaya Troika.

Kleur en aftekeningen: grijswit, één blauw oog.

Fokker: Sandra W. Parker, onder de kennelnaam van Earl en Natalie Norris, Alaskan Kennels.